zondag 23 februari 2014

21 februari 2014

Vandaag blijkbaar de dag van de gelovigen in de trein, en dan meteen ook maar twee uitersten, die in dezelfde God geloven naar ik aanneem, maar dat ieder op een heel eigen manier aan de wereld kenbaar maken.

Bij de eerste zit naar mijn mening gewoon een steek los. Hij staat 's morgens in de trein en begroet iedereen met de zegen van God en de liefde van Jezus. De tweede was volgens mij geheel integer in haar bedoelingen, alleen kan ik mijn denken niet aan het hare aanpassen, waardoor ze voor mij lijkt te leven in een waanwereld.

De eerste, die van de constante stroom heilwensen, wordt door de medereizigers doorgaans genegeerd, en volgens mij vindt hij dat wel grappig. Ik heb hem ooit aan een soort collega horen vertellen dat een oudere man hem duidelijk te verstaan had gegeven dat hij niet van dit soort begroetingen gediend was en of meneer ze voortaan voor zich wilde houden. "haha". Of hij nu bewust provoceert, of gewoon een enorme plaat voor zijn hoofd heeft, kan ik niet beoordelen, ik hoop alleen dat Daja nog eens tegen hem gaat grommen, omdat ik dat zelf niet durf...

De tweede was een mevrouw die op de terugweg uit Arnhem vroeg of ze voor genezing van mijn ogen mocht bidden. Ook hiervan weet ik niet goed wat ik ermee aan moet, maar omdat zij wel op een antwoord wachtte en niet alleen maar bezig was met zichzelf voor gek zetten zoals de ochtendreiziger doet, besloot ik haar gewoon te antwoorden. Mijn antwoord komt erop neer dat ik aan de ene kant niet geloof dat er een God bestaat die het nodig vint om mijn ogen te genezen, en aan de andere kant denk dat mijn ogen niet genezen hoeven te worden om toch een leven te hebben waar ik gelukkig van wordt. Als ik zou kunnen zien, is er wel weer iets anders dat ik niet kan. Het omgaan met de beperking die je nu eenmaal hebt, lijkt me veel belangrijker dan het hopen/bidden dat je er ooit vnaf komt. Verder nog gezegd dat ik erg blij ben dat ik nu leef en niet 200 jaar geleden, dus dat ik me daar al relatief gezegend mee voel. Ook nog gezegd dat ze vooral genezing wenste, omdat ze zich niet kan voorstellen hoe het is om niets te zien. "ik zie dat er iets stuk is" zei ze "en dan wil ik graag dat het genezen wordt."

Twee stations later verliet ze de trein. Ik hoop dat ze haar gebed op een ander doel heeft gefocuest.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten